Factoren voor CO2 en energie in de Milieubarometer voldoen voor CSRD
De rapportage van broeikasgasemissies en energieverbruik in de Milieubarometer voldoet aan het Greenhouse Gas (GHG)-Protocol en de ESRS-rapportage-eisen van de Corporate Sustainability Reporting Directive (CSRD). Een belangrijk onderdeel is de berekening van scope 2 op twee manieren, de locationbased en de marketbased benadering.
De rapportage van broeikasgasemissies in de Milieubarometer voldoet aan de standaarden van het Greenhouse Gas (GHG)-Protocol en standaard ‘ESRS E1 Klimaatverandering’ van de Corporate Sustainability Reporting Directive (CSRD). Een belangrijk onderdeel is de berekening van scope 2 op twee manieren, de locationbased en de marketbased benadering.
Rapportage in scope 1, 2, 3 conform GHG Protocol
De berekeningen in de Milieubarometer zijn gebaseerd op de GHG Protocol standaarden:
- De berekening van scope 1 is gebaseerd op GHG Protocol Corporate Accounting and Reporting Standard (versie 2004). Daarbij wordt gebruik gemaakt van de CO₂-factoren van CO2emissiefactoren.nl
- De berekening van scope 2 is gebaseerd op GHG Protocol Scope 2 Guidance (versie 2015). Daarbij wordt gebruik gemaakt van de CO₂-factoren van CO2emissiefactoren.nl
- De berekening van scope 3 is gebaseerd op GHG Protocol Corporate Value Value Chain (scope 3) Accounting and Reporting Standard (versie 2011). Daarbij wordt voor de vervoergerelateerde scope 3 emissies gebruik gemaakt van de CO₂-factoren van CO2emissiefactoren.nl. Voor overige scope 3 emissies voeren gebruikers zelf hun branche- of bedrijfsspecifieke emissiefactoren in.
Wetenschappelijke bronnen van CO₂-emissiefactoren
Met CO₂-emissiefactoren worden energiegegevens omgerekend naar CO₂-emissies. De bron van de CO₂-factoren in de Milieubarometer is CO2emmissiefactoren.nl, dé lijst met betrouwbare emissiefactoren voor de Nederlandse markt. Ieder jaar wordt deze lijst geactualiseerd door een breed panel van experts, op basis van de meest recente inzichten. De website CO2emissiefactoren.nl verwijst voor elk cijfer naar wetenschappelijke bronnen die vrij beschikbaar zijn.
Op CO2emissiefactoren.nl is de totale uitstoot van energiebronnen [1] vermeld. Dit is een optelsom van de indirecte uitstoot bij de energieproductie (ook wel Well-to-Tank, WTT genoemd) en de directe emissies in de gebruiksfase (Tank-to-Wheel, TTW). Op CO2emissiefactoren.nl is de onderverdeling en de totale uitstoot (Well-to-Wheel, WTW) vermeld.
Onderbouwing van toepassen totale emissiefactoren
De Milieubarometer rekent met de totale emissiefactoren (WTW), zoals is afgesproken in de Nederlandse Green Deal CO₂-emissiefactoren van de Rijksoverheid en organisaties die CO₂-berekeningen faciliteren. Wij gebruiken de totale emissiefactoren (WTW) omdat we de opstellers van een CO₂-footprint een volledig inzicht willen geven in de uitstoot en daarmee ook een eerlijke vergelijking bij het maken van keuzes tussen energiebronnen.
Volgens het GHG-Protocol mogen de indirecte emissies van de energieproductie (het WTT deel van de emissiefactor) apart als scope 3 emissie worden gerapporteerd, in ‘categorie 3. Brandstof- en energiegerelateerde activiteiten’. In de Milieubarometer is dit dus niet nodig, omdat deze emissies al zijn meegenomen in de totale CO₂-emissiefactoren. [2]
Locationbased en marketbased CO₂-factoren voor scope 2
De Milieubarometer berekent de scope 2 emissies op twee manieren, de locationbased en de marketbased benadering. Dit wordt voorgeschreven door de GHG-Protocol Scope 2 Guidance en in de ESRS-rapportage-eisen van de CSRD.
- De locatiegebaseerde methode kwantificeert scope 2 emissies op basis van gemiddelde emissiefactoren van energieopwekking in een land of regio. De Milieubarometer rekent hiervoor met de “Grid gemiddelden” in Nederland die jaarlijks worden gepubliceerd op CO2emissiefactoren.nl [3]
- De marktgebaseerde methode kwantificeert scope 2 emissies op basis van het energiecontract met de energieleverancier.
- Voor groene stroom rekent de Milieubarometer met een lage emissiefactor [4]. Voor zonne- en windstroom is de CO₂-factor 0, voor stroom uit biomassa wordt de actuele waarde op CO2emissiefactoren.nl gebruikt.
- Voor grijze stroom rekent de barometer met de gemiddelde uitstoot van het grijze-stroomaanbod in Nederland, dat jaarlijks wordt gepubliceerd op CO2emissiefactoren.nl.
- De Milieubarometer faciliteert de marktgebaseerde methode op deze manier omdat de gebruikers van de tool ontzorgd willen worden en niet elk jaar hun stroometiket willen opzoeken en de CO₂-factor invullen voordat ze hun footprint kunnen berekenen. [5]
CO₂-factoren voor scope 3
Voor de vervoergerelateerde scope 3 emissies gebruikt de Milieubarometer de totale emissiefactoren (WTW) van CO2emissiefactoren.nl.
Voor overige scope 3 emissies voeren gebruikers zelf de emissiefactoren in. Omdat deze factoren sterk branche- en bedrijfsspecifiek zijn, is het niet mogelijk om deze generiek te maken. Stimular kan Milieubarometergebruikers wel helpen om dergelijke factoren voor hun specifieke situatie te achterhalen.
Energie-conversiefactoren voor energieverbruik
Met energie-conversiefactoren worden energiegegevens omgerekend naar dezelfde eenheid (GigaJoule) zodat ze kunnen worden opgeteld. De afbakening van de energieberekening in de Milieubarometer is scope 1 en scope 2.
De energie-conversiefactoren in de Milieubarometer komen overeen met die op CO₂-emissiefactoren.nl De bronnen van deze energie-conversiefactoren zijn de webtool Stream Personenvervoer van CE Delft en de Nederlandse lijst van energiedragers van de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO). De factoren worden jaarlijks geactualiseerd. Daarbij is uitgegaan van de onderste verbrandingswaarde (LHV) of netto calorische waarde. Zowel de afbakening als de conversiefactoren komen overeen met de eisen voor energieberekeningen in de ESRS-rapportage-eisen van de CSRD.
In de Milieubarometer zijn enkele kengetallen voor energieverbruik in vastgoed, o.a. de WEii (Werkelijke Energie Intensiteit Indicator) gebaseerd op de bovenste verbrandingswaarde (HHV), omdat dit voor de betreffende indicator is voorgeschreven.
Voetnoten:
[1] In deze tekst bedoelen we met “energiebronnen” zowel brandstoffen zoals aardgas en diesel als energiedragers zoals elektriciteit en warmte.
[2] Gebruikers die alleen de directe emissies van energiegebruik willen rapporteren kunnen de CO₂-factoren in de Milieubarometer aanpassen.
[3] Alle CO₂-factoren kunnen worden aangepast, waaronder de locatiegebaseerde CO₂-factoren in geval van vestigingen buiten Nederland.
[4] Standaarden kunnen voorschrijven onder welke voorwaarden je lage emissiefactoren voor groene stroom mag hanteren, in bijvoorbeeld de CO₂-Prestatieladder mag dit alleen als de groene stroom in Nederland is opgewekt.
[5] Gebruikers kunnen de marktgebaseerde CO₂-factor van elektriciteit in de Milieubarometer aanpassen aan de hand van het stroometiket van hun eigen stroomcontract. Een aandachtspunt is dat vaak alleen de directe emissies in de gebruiksfase (TTW) in het stroometiket staan. Daarnaast wordt het stroometiket pas achteraf gepubliceerd, waardoor je (wellicht onverwacht) een hogere of lagere footprint hebt.
Starten met Milieubarometer
Gelijk aan de slag? Dat kan. Sluit vandaag nog een abonnement af en start met het invullen van je gegevens.
Pionieren met Scope 3 in een CO2-voetafdruk
Wat is de C02-voetafdruk van mijn apotheek, vroeg openbaar apotheker Iris Zuydgeest zich af. Ze nam expert Emily Dowdalls in de arm en samen gingen ze na welke activiteiten in de apotheek ‘materieel’ genoeg zijn om mee te tellen in een emissiecalculatie. Ondanks het missen van gegevens over geneesmiddelen lukte het de orde van grootte van de uitstoot in kaart te brengen. “Ik moedig collega’s graag aan dit voorbeeld te volgen.”
Vier nieuwe branchegemiddelden voor de zorg
Ziekenhuizen, ouderenzorgorganisaties, ggz-instellingen en gehandicaptenzorgorganisaties deelden hun milieugegevens in de Milieubarometer waarna nieuwe gemiddelden vastgesteld zijn. De benchmark gaat over het jaar 2023, het eerste volledig covidvrije jaar in de zorg en daarmee een belangrijk ijkpunt in de monitoring van de footprint. Voor het opstellen van de benchmark is samengewerkt met Milieuplatform Zorg.
Hoe zit het met scope 1-2-3?
Als wetenschappelijke basis voor CO2-footprinting dient het internationale Greenhouse Gas Protocol (GHG-Protocol). Deze schrijft voor dat bedrijven hun emissies in drie scopes rapporteren. Stimular-adviseur Marc Herberigs licht in dit blog de drie scopes toe. Wat betekenen deze en hoe kan je hier als ondernemer op acteren en over rapporteren?